Maak ondertussen de karamelsaus.
Dit vergt even wat aandacht.
Doe de suiker met het water in een pannetje en zet op laag tot middelhoog vuur.
Zorg dat alle suiker vochtig is.
Het is van belang dat je absoluut niet roert.
Laat de suiker smelten.
Wanneer het begint te bubbelen moet je goed opletten, want niet lang hierna begint de suiker bruin te kleuren.
Als dat gebeurd kan je gaan roeren met een garde.
Blijf roeren tot de de massa een mooie goudbruine kleur heeft bereikt.
Nu kun je voorzichtig 100 ml slagroom door je karamel roeren.
Het beste is om de slagroom iets op te warmen van tevoren.
Blijf goed roeren tot je weer een gelijkmatige massa hebt.
Roer vervolgens 50 gram margarine door de karamel.
Wanneer je saus mooi egaal is, kun je de pan van het vuur halen en het zeezout erdoorheen roeren.
Laat de saus afkoelen.
Haal de taart uit de koelkast wanneer deze goed stijf is en schenk de saus eroverheen.
Zorg dat je cheesecake goed koud en opgestijfd is in de koelkast.
Ga eventueel met een mes langs de zijkanten om de springvorm makkelijk te verwijderen.
Toch vond ik tijdens mijn zoektocht nog andere recepten van taarten met mokka of cappuccino, en een taart met een gezouten karamelsaus topping.
Oké, dat klonk ook wel heel erg goed.
Omdat ik niet echt kon kiezen, heb ik gewoon alle elementen in deze cheesecake verwerkt.
Ik was eerst bang dat het misschien een beetje overdadig zou worden, maar alle smaken passen eigenlijk wel goed bij elkaar.
De taart na 2 uur zeker stevig genoeg is om uit de vorm te halen, raad ik wel aan om het al een dag van tevoren te maken als het lukt.
Na een nacht in de koelkast is het taartje pas echt goed stijf.
Vond ik niet zo erg.
Wel een waarschuwing: deze creatie vraagt om bescheiden taartpunten.
Waar je van een normale monchoutaart wel eens een extra groot stuk kan afsnijden, is deze versie decadent en wat zwaarder op de maag.